Bij regelmatig terugkerende ontvangsten van verschillende bankrekeningen, kan er vóóraf een tabel aangelegd worden met een betalingskenmerk.
In CASHWeb leg je een tabel aan, waarbij een kenmerk (bankrekening/omschrijving) gekoppeld wordt aan een dagboek, grootboekrekening en/of kostenplaats.
Een veelvoorkomend voorbeeld is een pinbetaling/-ontvangst wat op een tussenrekening moet worden geboekt, maar waar geen bankrekening bij wordt vermeld.
of
Een actie waarbij donateurs een bijdrage op jouw bankrekening storten onder een specifieke vermelding(betalingskenmerk). 73
Een betalingskenmerk kan als volgt ingesteld worden;
- Ga naar CASHWeb en log-in met je relatienummer, e-mailadres en wachtwoord;
- Selecteer een CASH-administratie;
- Via het menu ga je naar Financieel > Betalingsverkeer > Instellingen > Betalingskenmerken;
- Volgnummer: bepaalt in welke volgorde het betreffende kenmerk wordt behandeld. Het is dus belangrijk dat je let op deze volgorde.
- Dagboek (niet verplicht): Als een dagboekcode wordt ingevuld is de regel alleen van toepassing bij het inlezen van bankmutaties binnen dat dagboek.
- Bank/IBAN (niet verplicht): Als het banknummer wordt ingevuld is de regel alleen van toepassing als dit banknummer gelijk is aan het banknummer uit de bankmutatie. Het banknummer moet in IBAN formaat ingevoerd te worden.
- Omschrijving: Het (deel van het) betalingskenmerk, zoals dit in de mutatieregel van de bank staat vermeld.
- Grootb: Het nummer van de gewenste grootboekrekening.
- Kpl (niet verplicht): De kostenplaats van de mutatie.
- Kenmerk: Kan in deze situatie leeg worden gelaten.
Wanneer een bankbestand nu wordt ingelezen worden de posten, waarvan het
bankrekeningnummer en/of betalingskenmerk geheel of gedeeltelijk voldoet aan de informatie die in de stappen hierboven zijn toegevoegd, automatisch geboekt in de aangegeven grootboekrekening.